
Het Schuitengat, een voormalige vaarroute vanuit Harlingen, lijkt weer een natuurlijke vaargeul te worden. Deze oude route is korter dan het huidige traject door de Slenk.
Rijkswaterstaat onderzoekt momenteel of het Schuitengat weer de hoofdvaarroute kan worden. Elk kwartaal wordt de bodem gepeild. Zo worden hoogte en breedte van de zandplaat gemeten die nu nog als een ‘drempel' in het Schuitengat ligt. Rijkswaterstaat overweegt een geul door die drempel te baggeren. Maar eerst wil men meer over het effect op de andere geulen weten.
Aanleg Afsluitdijk
Twintig jaar geleden werd de Slenk de hoofdvaarroute naar Terschelling. Het Schuitengat raakte toen verstopt door de enorme hoeveelheden zand dat vanuit de ondiepe buitendelta aan de Noordzeezijde werd aangevoerd. Deze enorme zandverplaatsing kwam onder meer door de aanleg van de Afsluitdijk. Daar viel uiteindelijk niet meer tegenop te baggeren. En dus werd in 1996 de Slenk de hoofdvaarroute.
Ook de gemeente Terschelling zou ook blij zijn met de nieuwe vaarroute door het Schuitengat, aldus Wethouder Van der Wielen: ‘de sneldienst naar Vlieland heeft dan maar 10 minuten nodig en voor de veerdienst naar Harlingen scheelt het een kwartier. Naar verluidt scheelt de kortere vaarroute op jaarbasis 600.000 kilo CO2-uitstoot als je alle vaarbewegingen van Doeksen bij elkaar optelt.
Intussen maakt de recreatie al wel gebruik van het Schuitengat. Ook zou de sneldienst vanwege de mindere diepgang het Schuitengat als vaarweg kunnen benutten. Maar het duurt nog een tijdje voor er definitief een knoop kan worden doorgehakt.
Bron: Leeuwarder Courant