
Volgens recente berichten in de pers moet er voor campers een mogelijkheid komen om enkele dagen op boerenerven te vertoeven. Het initiatief hiertoe is genomen door de VVV Zuid-Holland Zuid, de LTO en Den H(aa)neker. Het logo 'Campererf' zal de aanduiding worden voor dit nieuwe fenomeen.
De Stichting Vrije Recreatie, die zich al jarenlang inspant om het kleinschalig kamperen planologisch en juridisch mogelijk te maken, reageert verwonderd op dit initiatief, noemt het 'het opnieuwuitvinden van het wiel' en vraagt zich het 'waarom' af van al die inspanning van overheidswege. Camperaars kunnen immers toch al terecht op nagenoeg alle campings in Nederland van zowel SVR , Recron, Vekabo, ANWB en andere organisaties?
Dat men zich sterk maakt voor camperplaatsen in grote steden met culturele attracties is een goede zaak, maar om nu op het platteland extra mogelijkheden te creëren, is opzijn minst overbodig te noemen. Bovendien voelt ongeveer de helft van de camperaars zich met meer recreanten veiliger op een kleinschalige camping, waar alle faciliteiten aanwezig zijn, dan op een eenzaam plekjeachter een schuur.
apart regime voor campererven?
De SVR wijst erop, dat campers net als caravans en tenten kampeermiddelen zijn en vindt dat voor alle de zelfde regelingen en voorschriften moeten gelden.
De vraag is dan ook aan welke eisen zo'n campererf moet voldoen en welke voorzieningen er moeten zijn. Wie verleent hen welke vergunning om camperaars te ontvangen? Of is men in het geheel niet vergunningsplichtig?
Merkwaardig genoeg blijkt dit laatste het gevalte zijn. De pilot Campererf zal eind mei van start gaan in de Alblasserwaard/Vijfheerenlanden en navraag geeft aan, dat daar het principe 'vrijheid - blijheid' wordt gehanteerd. Geen regels, zèlfs geen toeristenbelasting verschuldigd!
dankbaar
In eerste instantie noemt de SVR het een duidelijke vorm van rechtsongelijkheid, anderzijds echter vraagt men zich af of dit een doorbraak betekent voor de kleinschalige campings en die dan ook niet langer aan regels gebondenzijn.
Als dat zo mocht zijn, kan recreërend Nederland de initiatiefnemers alleen maar dankbaar zijn. Dankzij hen leidt dit dan tot een enorme verruiming van de toeristische recreatieve mogelijkheden op het platteland en wordt het straks voor iedereen met een erf met enige ruimte mogelijk een kleinschalige camping te beginnen, waar de recreant welkom is.
De SVR ziet de verdere ontwikkelingen met belangstelling tegemoet.