(Novum) - Het Nederlands Openluchtmuseum is maandag begonnen met de herbouw van een houten noodwoning die is ingezet na de Watersnoodramp in 1953. Minister van Cultuur Jet Bussemaker (PvdA) gaf ter plaatse in Arnhem het startsein voor de werkzaamheden. De nieuwe aanwinst is vanaf het voorjaar te zien voor publiek.
De zogeheten watersnoodwoning werd in het kader van de internationale noodhulp door Noorwegen cadeau gedaan aan Nederland. Het huis in Raamsdonksveer kwam in 2009 vrij en is daarna in delen overgebracht naar het Arnhemse museumpark.
De Watersnoodramp waarvoor de Noorse noodwoning symbool staat geldt als een van de vijftig 'vensters' van de Canon van Nederland. Het Openluchtmuseum werkt samen met het Rijksmuseum in Amsterdam om via de canon het verhaal van de vaderlandse geschiedenis te vertellen.
De herbouw van de noodwoning valt samen met een hernieuwde zoektocht naar de identiteit van enkele van de ruim 1800 slachtoffers van de ramp. Vanaf dinsdag worden de eerste zestien graven met onbekende doden geopend in een poging hen alsnog een naam te geven. De politie en het Nederlands Forensisch Instituut gebruiken hiervoor nieuwe dna-technieken.
